gewicht in balans

Hou je gewicht in balans tijdens de overgang!

Hoewel zij niet méér zijn gaan eten, wordt ruim de helft van de vrouwen zwaarder in de overgang of krijgt een andere lichaamsvorm, doordat het lichaamsvet zich anders gaat verdelen. Het zit opeens op plaatsen waar het nog nooit heeft gezeten: middel, heupen, buik of schouders. De hormoonverandering lijkt daarvan de schuld te zijn, maar wetenschappelijk is dat nog niet bewezen.

Wetenschappers hebben aangetoond dat je meer eetlust krijgt door de verminderde hormoonproductie. Die grotere eetlust is niet zo’n gelukkige combinatie met de tragere stofwisseling die zich tegelijkertijd voordoet, simpelweg als gevolg van het ouder worden.

Veel vrouwen moeten dus niet alleen het hoofd bieden aan meer hongergevoelens, maar worstelen in de overgang ook nog eens met een lichaam dat veel minder calorieën verbruikt dan het al die jaren daarvoor deed. Toch denken deskundigen dat je niet echt veel dikker hoeft te worden in de overgang wanneer je je eet- en bewegingspatroon aanpast aan de nieuwe situatie. Dat betekent: minder calorierijke en meer vezelrijke, caloriearme voeding, plus meer bewegen.

Een vetrol krijgt echter opeens een heel andere betekenis als je weet dat dat extra vet kan functioneren als een soort derde eierstokje. In het vetweefsel worden in en na de overgang namelijk nog oestrogenen aangemaakt. Dat kan net voldoende zijn om minder last te hebben van overgangsverschijnselen als opvliegers. Er zijn zelfs aanwijzingen dat hoe zwaarder je bent, des te later je in de overgang komt. Bovendien zouden vrouwen met een wat hoger lichaamsgewicht iets minder kans op botontkalking hebben.

Dik is ongezond of niet?

Maar dik zijn is toch ongezond? We worden voortdurend gewaarschuwd dat dikke mensen een grotere kans hebben op een hartaanval en ziekten als diabetes.

Dat is nog maar de vraag, zeggen de – zelf dikke – schrijfsters van Rondom dik, Elly Jeurissen en Mieke van Spanje, aan de hand van allerlei onderzoeken. Het staat volgens hen helemaal niet onomstotelijk vast dat dik zijn ongezond is. Sommige ziekten, zoals hart- en vaatziekten, komen inderdaad meer voor bij dikke mensen, zo beamen zij, maar die ziekten zouden wel eens eerder kunnen voortkomen uit de gevolgen van het dik zijn, dan uit het dik zijn zelf.

dik en ongezond eten

Zo zouden hartproblemen volgens hen niet worden veroorzaakt door het teveel aan gewicht, maar juist door het strenge lijnen wat veel dikke mensen doen: dat verzwakt de hartspier. Zij zeggen dat het ook niet zo is dat je door een teveel aan gewicht diabetes krijgt. Het werkt juist andersom: diabetes is de oorzaak dat je dik wordt.

Wat denk je van de stress die het lichaam te verwerken krijgt door alle vervelende opmerkingen en vooroordelen die je als dikke dame voor je kiezen krijgt? Bovendien lijden dikke mensen, in vergelijking met dunne, juist weer minder aan andere ziekten, zoals kanker, volgens Jeurissen en Van Spanje.

Ook Ivan Wolffers stelt in Medicijnen 2002-2003 dat het dik zijn op zichzelf medisch gezien niet zo’n probleem is. Dat wordt het pas in combinatie met te weinig beweging. ‘Gezonde dikke mensen die aan voldoende sport doen, hebben net zo veel of weinig gezondheidsrisico’s als dunne mensen die aan sport doen.’

Je BMI en gezondheidsrisico’s

Toch kun je door je gewicht wel degelijk extra gezondheidsrisico’s lopen, concludeert het ene na het andere wetenschappelijke onderzoek. Als je echt té dik bent, wordt het ongezond. Maar hoe weet je of je te dik bent?

De meest gehanteerde methode om te bepalen of je te zwaar bent is de Body Mass Index (BMI), ook wel genoemd Quetelet-index, van de Wereldgezondheidsorganisatie. Je kunt je BMI heel gemakkelijk uitrekenen door je gewicht (in kilo’s) te delen door het kwadraat van je lengte (in meters). Ben je bijvoorbeeld 1.70 lang en weeg je 60 kilo, dan is het sommetje: 

60: (1.70 x 1.70)= 20,75. Een keurig gewicht volgens de BMI. Volgens deze index hoef je je, wat je gezondheid betreft, geen zorgen te maken als je een BMI hebt van minder dan 25.

Een BMI van 20 tot 30 duidt op ‘overgewicht’; voor deze categorie zijn de risico’s nog niet onomstotelijk vastgesteld, maar er zijn duidelijke aanwijzingen voor een groter risico op verschillende soorten kanker, zoals eierstokkanker.

Bij een BMI van 30 of meer is er sprake van ‘ernstig overgewicht’ of obesitas. Dat kan, behalve tot kanker, ook leiden tot allerlei andere ernstige ziekten, zoals diabetes en hart- en vaatziekten. Volgens onderzoekers van het Erasmus Medisch Centrum in Rotterdam gaan mensen met obesitas gemiddeld zelfs zes tot zeven jaar eerder dood dan mensen met een normaal gewicht.

Daarbij komt dat te dikke vrouwen, met een hogere BMI dan 30, na de menopauze nog een extra risico lopen: een dergelijk groot overgewicht in deze levensfase verhoogt de kans op borstkanker; de ramingen daarvoor lopen uiteen van 25 tot 30 procent. Overgewicht en obesitas zijn ook de belangrijkste risicofactor voor baarmoederkanker.

bmi tijdens de overgang

In vergelijking met een normaal gewicht hebben vrouwen met overgewicht naar schatting 59 procent, en vrouwen met obesitas 152 procent meer kans daarop.

Wat niet levensbedreigend is, maar wel lastig: vrouwen met obesitas krijgen vaak meer opvliegers dan slankere vrouwen. Bovendien kan hun overgewicht bijdragen tot urine-incontinentie. Behalve je gewicht zelf bepaalt ook de plaats waar het teveel aan vet zit of je extra risico loopt of niet.

Zit het vooral op je heupen en dijen (peervormig dik) dan hoef je je meestal niet al te veel zorgen te maken. Zit het vooral op je buik (appelvormig dik) waar het helaas bij veel vrouwen in de overgang zit, dan loop je wél een verhoogd risico.

Afvallen dan maar?

Toch maar afvallen dus als je te zwaar bent? De schrijfsters van Rondom dik ageren daartegen. Het heeft volgens hen meestal helemaal geen zin. Het merendeel van de vrouwen vervalt op den duur immers gewoon weer in haar oude gewicht.  30 procent weegt uiteindelijk zelfs méér dan voor hun eerste lijnpoging, stellen zij pessimistisch vast. Je (natuurlijke) gewicht constant houden, door gezond eten en veel bewegen, is beter voor je gezondheid dan het jojo-effect.

Je streefgewicht bereiken hoeft voor je gezondheid dan niet altijd noodzakelijk te zijn, met een BMI van 25 of meer heeft afvallen wel degelijk zin, al zijn het maar een paar kilootjes. Want één BMI-puntje minder kan je soms al uit de gevarenzone halen en een aanzienlijke verbetering van je gezondheid en vitaliteit bewerkstelligen.

Afvallen voor je gezondheid, of om lekker in je vel te zitten, is echter een ander verhaal dan afvallen voor ‘de lijn’. Zo bestempelt Christiane Northrup in haar boek De overgang als bron van kracht ‘het onder invloed van de middelbare leeftijd toegevoegd gewicht’ als ‘een ramp voor ons uiterlijk’.

Daarmee bevestigt zij ons moderne westerse slankheidsideaal. Dat ideaal heeft echter  niets met onze natuurlijke vormen te maken, zegt Naomi Wolf op haar beurt in het boek De mythe van de schoonheid, we kunnen met geen mogelijkheid aan dat ideaal voldoen.

 

afvallen tijdens de overgang

 

Vrouwen zijn voortdurend bezig hun eigen lichaam en dat van andere vrouwen te bekritiseren aan de hand van onhaalbare gewichtsnormen. Dag in dag uit meten we onszelf aan modellen die we in bladen en op tv krijgen voorgespiegeld. Die zijn zo’n 23 procent slanker dan de gemiddelde vrouw.

Veel vrouwen vinden zichzelf daardoor te dik, terwijl zij dat volgens de BMI-index helemaal niet zijn. We staan onszelf, op zogenaamde esthetische en subjectieve gronden, een veel kleinere hoeveelheid vrouwelijk vet toe dan de objectieve maatstaven voor onze gezondheid doen.

Ons natuurlijk gewicht en onze natuurlijke vormen zijn niet meer goed genoeg, stelt Naomi Wolf vast. De natuurlijke volheid van vrouwen is taboe geworden, het normale vrouwenlichaam wordt per definitie als ‘te dik’ bestempeld. De weelderige lijn moet vervangen worden door een strakke.

Als je ziet hoe de vrouwelijke curven uitdijen bij heupen en bovenbenen, kun je dat een abnormale misvorming noemen. Je kan ook de waarheid vertellen: 75 procent van de vrouwen ziet er zo uit en volle heupen, dijen en buiken vóór vrouwen kiesrecht kregen zonder meer als begeerlijk en zinnelijk werden gezien.’

Verhonger jezelf niet !

De onhaalbare gewichtsnormen zetten ons aan tot zelfhaat en vervolgens tot lijnen – wat volgens Naomi Wolf niets anders is dan jezelf half laten verhongeren. Lijnen en de slanke lijn zijn een obsessie geworden die het leven van vele vrouwen beheerst. Elke dag volgt een kwart van de vrouwen wel een of ander dieet. De psychische en lichamelijke gevolgen daarvan zijn enorm.

Vrouwen worden prikkelbaar, ze kunnen zich minder goed concentreren, worden neerslachtig en angstig. Ze raken vermoeid, lijden aan stemmingswisselingen, voelen zich voortdurend schuldig over hun gewicht en raken vaak in een sociaal isolement.

Dagelijks lopen talloze vrouwen rond met een schuldgevoel omdat zij ‘te veel hebben gegeten’. Ze lijden aan het idee van eeuwig falen en seksuele onzekerheid. Het ergste van alles, vindt Wolf, is dat veel vrouwen het halen van hun streefgewicht zelfs belangrijker zeggen te vinden dan succes in hun werk of liefde. De enige die er beter van wordt, zegt zij, is de dieetindustrie: die verdient miljarden aan het streven van vrouwen naar slanke lijven.

 

Leefstijl op maat: Ayurveda

Een steeds populairder wordende methode die je kan helpen bij het vinden van een gezonde leefstijl en een nieuwe balans, is de vijfduizend jaar oude Indiase gezondheidsleer Ayurveda. Dankzij Deepak Chopra is Ayurveda ‘hot’ en “glamoureus”. Beroemdheden als Madonna, Demi Moore en Oprah Winfrey zweren erbij.

Een bekende Ayurveda-arts in Nederland is Robert H. Swami Persaud. Hij schreef net als Chopra diverse boeken over dit onderwerp.

Ayurveda is de oudste gezondheidsleer ter wereld en wordt wel ‘de wetenschap van het leven’ genoemd. Het is eigenlijk geen geneeswijze, maar een levenswijze waarmee je de balans tussen lichaam en geest herstelt. Precies dus waar het allemaal ook om gaat in de overgang.

ayurveda tijdens de overgang

Volgens de Ayurveda kunnen mensen, wat levenskracht betreft, worden ingedeeld in drie verschillende typen: Vata (lucht), Pitta (vuur) of Kapha (water). In ieder mens zijn deze zogenoemde dosha’s tegelijk actief, maar de mate waarin verschilt per individu. De ene mens bezit bijvoorbeeld meer Vata- dan Kapha-levenskracht, terwijl de ander juist weer vooral een combinatie in zich heeft van Vata en Pitta.

De Ayurveda-arts zal eerst vaststellen welk type je bent, en op basis daarvan kijken naar jouw overgangsklachten. Volgens de Ayurveda-filosofie komen die voort uit een verstoring van het evenwicht van het eigen type. Door je leefstijl te veranderen, kom je weer in balans. Er zijn allerlei mogelijkheden: een speciaal dieet, wijziging van je dagelijkse ritme, meditatie, yoga, aromatherapie, kruidenpreparaten, lichaamsmassage, genieten, lichamelijke activiteiten, en noem maar op.

Het is wel goed opletten geblazen als je een Ayurveda-arts of -therapeut zoekt. Er schijnt nogal wat kaf onder het koren te zijn in dit vakgebied.

Wil jij ook op gewicht blijven tijdens de overgang ?

Er zijn al meer dan 1000 vrouwen jou voorgegaan! 

Klik op onderstaande knop !

Ja! Ik wil mijn gewicht in balans houden tijdens de overgang!

 

Bron: Marjan Hopman – De nieuwe vrijheid

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *